Vakantiegeld: in 1 keer, of elke dag een beetje?

Een ijsje hier, een zonnebril daar… tijdens de zomervakantie gaat het geld er vaak net wat sneller uit dan normaal. Sommige ouders geven hun kind een vast bedrag voor de hele vakantie, anderen kiezen voor een bedrag per dag. Wat is slim? Dat hangt ervan af welk geldtype jouw kind is.
De vakantie komt eraan en dat betekent: meer geld uitgeven. Niet alleen voor jou, maar ook voor je kinderen. Een dagje naar het strand, snacks onderweg, nieuwe slippers: voor je het weet is het zakgeld op. Sommige ouders geven daarom in de zomer een beetje extra. Gewoon, vakantiegeld, zoals volwassen werknemers dat ook krijgen van hun baas.
Hoe geef je dat vakantiegeld precies?
Alles in 1 keer? Of juist per dag een beetje? Volgens financieel opvoedexpert Johanneke Mijnhardt is er geen one-size-fits-all-oplossing. ‘Het hangt af van je kind. De een houdt prima zelf overzicht, de ander is zijn hele budget binnen twee dagen kwijt. Kijk naar wat past bij jouw kind.’
Financiële zelfstandigheid
Welke keuze je ook maakt (een bedrag per dag, week of alles in 1 keer), het gaat erom dat je er samen over praat. ‘Een vakantie is een perfect moment om te oefenen met geldzaken,’ zegt Johanneke Mijnhardt. ‘Niet om alles perfect te doen, maar om te leren. Wat ging goed? Wat zou je de volgende keer anders doen? Zo groeit je kind steeds verder in financiële zelfstandigheid.’ Het Nibud onderscheidt 4 geldtypes onder jongeren. Herken jij jouw puber in een van deze types? Bekijk per type welke optie het beste past, en hoe je je kind kunt helpen om er slim mee om te gaan.
Type 1: de superspaarder
Het liefst zou je al je geld op je rekening laten staan. Als je dan toch iets koopt, zoek je de beste deal.
Wat werkt? Superspaarders kunnen vaak goed omgaan met een groot bedrag in één keer. Ze vinden het leuk om te plannen, vergelijken prijzen en geven niet snel impulsief geld uit. Vakantietips:
Laat je kind zelf een begroting maken voor de vakantie. Hoeveel kosten uitjes, eten, souvenirs?
Leer je kind dat geld uitgeven oké is: geef extra zakgeld met als voorwaarde dat je puber het uitgeeft tijdens de vakantie. Dit geld mag niet naar de spaarrekening.
Praat over de waarde van ervaringen (een uitgebreide lunch op het strand) in plaats van alleen sparen voor later.
Type 2: de rekenmaster
Je houdt je geldzaken in balans: af en toe iets leuks, maar je weet wat er binnenkomt en wat eruit gaat.
Wat werkt? Rekenmasters zijn flexibel en kunnen meestal prima met een totaalbudget omgaan. Maar ze vinden het ook fijn om overzicht te houden.
Vakantietips:
Laat je kind een simpele begroting maken en het budget verdelen over potjes: eten, uitjes, extra’s.
Check samen of er ook een spaarpotje is voor onverwachte kosten.
Bespreek wat ze kunnen doen als het geld eerder op is dan verwacht.
Type 3: de geldchaoot
Geld? Weg voor je het weet. Je vergeet snel waarvoor het eigenlijk bedoeld was. Wat werkt? Voor geld-chaoten is een dagbudget vaak slimmer. Een groter bedrag is meestal zo op, en daarna missen ze juist de leuke dingen. Vakantietips:
Spreek samen een vast dagbedrag af en laat dat automatisch naar hun rekening overmaken.
Zet reminders in hun telefoon: wat wil je met je geld doen deze week?
Help bij het instellen van limieten in hun bankapp of BUUT-account.
Laat ze oefenen met plannen: wat heb je nodig voor een dag op pad?
Type 4: de big spender
Je houdt van shoppen en mooie spullen. Werken? Prima, als het goed verdient. Wat werkt? Big spenders hebben baat bij structuur. Een groot bedrag in één keer is verleidelijk, dus beter werkt een verdeelplan: bijvoorbeeld weekbudgetten of een combinatie van cash en digitaal.
Vakantietips: Maak samen een overzicht van de uitgaven waar ze blij van worden. Wat wil je echt doen? Wat kan wachten?
Leer je kind de kracht van een ‘cooling down’-moment: wil je dit morgen nog steeds kopen?
Spreek af dat ze een deel van het geld reserveren voor later in de vakantie.